Als kind was ik gebiologeerd door verhalen met een Gotisch kantje; dit heeft ook voor mijn voorliefde voor Gotische verhalen vandaag de dag gezorgd. Toen ik hoorde dat Emmelie Arents’ nieuwste boek De Geest van Versailles een hervertelling was van Victor Hugos Notre-Dame de Paris (1831), wat ikzelf het beste ken door de verfilming van De Klokkenluider van de Notre-Dame (1996) van Disney, was ik meteen vastberaden om het in handen te krijgen en te lezen. Opgepast, deze recensie bevat spoilers voor Emmelie Arents’ De Geest van Versailles.
Verhaal
Het verhaal heeft een goede pitch op de achterflap, echter komt deze inhoud van de achterflap niet volledig overeen met het verhaal. De achterflap beschrijft het boek als volgt:
PARIJS, 1687. De verminkte Noâm leeft als een geest binnen de muren van Château de Versailles als de geadopteerde zoon van Claude Chardin, lijfarts van Louis XIV. Noâm krijgt de opdracht om de koning te genezen, maar de voorwaarde is duidelijk: hij mag nooit worden gezien.
Catalina Amati, een getalenteerde staatviolist, betovert de Parijzenaren met haar prachtige muziek. Dan krijgt ze onverwacht verzoek om deel te nemen aan de muziekwedstrijd van Zijne Majesteit in Château de Versailles.
Ik vind het een sterke verwoording om te zeggen dan Noâm als geest binnen de muren van Versailles rondzwerft, terwijl dit echt maar voor een klein deel van het boek het geval is. Kort nadat Chardin zijn rol terugkrijgt aan het hof door middel van Noâm en daarna horen of zien we niet echt iets meer van zijn effectieve rol als lijfarts van de koning noch Versailles, dus Versailles zelf staat niet echt heel centraal in dit boek. Wat Catalina betreft, is deze synopsis ook maar een klein deel van wat je van het boek kan verwachten. Het is niet dat dit het boek slecht maakt, het is vooral dat dit boek verwachtingen opstelde voor mij met de synopsis en de titel, die het uiteindelijk niet echt heeft ontmoet.
Personages
Er was geen enkel personage in dit boek dat me echt kon boeien. Elke keer wanneer een personage werd geïntroduceerd was ik heel bevangen met wie ze waren en wat ze deden, totdat er meer van hen verscheen in het boek en ze me mateloos gingen irriteren. De algemene noemer die alle personages zo irritant maakte voor mij was niemand minder dan: Catalina. Om een of andere reden wordt elk mannelijk personage verliefd op Catalina alleen maar door met haar te interageren of naar haar te kijken. Alles in dit boek staat in teken van de mannen die niet denken met hun brein en alles omvergooien om achter Catalina aan te gaan. De manier waarop Catalina ook letterlijk in minder dan één week zegt dat ze haar hart is verloren aan eerst Nicolas de Villon en dan aan Pierre Monet zijn hoogst ongeloofwaardig. De reden waarom ze niet met Noâm in dit verhaal aanpapt is volgens mij ook omdat hij niet objectief aantrekkelijk is en daarom nooit met haar zou kunnen samen zijn. Wat spijtig is, want Catalina is een van de eerste die Noâm normaal behandelt ondanks hoe hij eruitziet, maar oh wee als een mooi meisje met een niet-conventioneel knappe man samen is in een boek. Ik ben helemaal voor mensen die experimenteren om te zien wat en wie ze leuk vinden, maar de manier waarop Catalina door mannen over zich heen laat lopen als een jonkvrouw in nood, just rubs me the wrong way. Ze voelde aan als zulk een krachtige vrouw in dit boek die tegen de seksistische gedachten van mannen inging, om er dan alsnog de andere richting in te draaien. Dit vond ik noodeloos en spijtig. Deze personages begonnen allemaal als zulke interessante individuen, om dan kort te vallen doordat ze niet verder binnen hun character arc werden uitgewerkt en alles draaide om iedereen die verliefd werd op een personage, wat afdeed aan de intrigerende samenvatting op de achterflap.
Schrijfstijl
Ik vind het enorm spijtig dat dit boek zo kort viel voor mij qua verhaal en personages, want Emmelie Arents kan echt een heel stuk schrijven. Vanaf pagina een was ik mee en het was echt zo’n boek waar ik meteen in mee ging en dat gebeurt niet vaak. Echter kon dit boek honderd of tweehonderd pagina’s langer zijn als Arents haar tijd meer had genomen. Alles springt zo op de hak en de tak dat er nooit echt tijd wordt genomen om wat er gebeurt in je op te nemen, de actie volgde elkaar zo snel op dat je niet de tijd hebt om geshockeerd te zijn en mee te voelen met de personages omdat je je al moet voorbereiden op alles wat nog moet komen. Dit boek had nog beter kunnen zijn als de auteur haar tijd had genomen om alles te laten inzinken en de personages meer had kunnen laten sudderen in wat hen overviel, want alles gebeurt gewoon zo snel, en ook vaak variaties van dingen die er voorheen al waren gebeurd.
Ervaring
Ik heb wel kunnen genieten van dit boek ondanks dat ik er zo snel doorheen was en dat de personages me mateloos hebben geïrriteerd. Ik vind het spijtig dat de titel en de synopsis een beetje verraderlijk hebben gewerkt met het inleiden van de lezer in het verhaal zelf. Je merkt tijdens het lezen van dit verhaal wel hoeveel liefde Emmelie Arents heeft voor Parijs en de materie waar ze overschrijft, en dit draagt ook echt heel goed en sterk door tot de lezer. Ook merk je dat Arents zelf muzikante is door hoe ze de muziek- en compositiescènes heeft geschreven. De manier van spelen en componeren en verwijzingen naar muziek verraden een achtergrond in muziek, maar zijn toch toegankelijk genoeg geschreven dat lezers zich hier niet in verliezen, wat een hele taak is maar Arents heeft dit goed gedaan.
Het einde van het boek was wederom veel te overhaast, alles gebeurde te snel en ik weet nog steeds niet goed wat de rode draad van dit verhaal was. Het “probleem” (dit is niet per direct het juiste woord, ik ben me hiervan bewust), is dat de auteur te veel opeenvolgende actie erin steekt zonder dat de personages kunnen nadenken over wat deze acties betekenen en hoe ze hier later anders mee moeten omgaan, er is een algemeen gebrek aan groei bij de personages. De shock-factors zijn er om dat te doen, om te shockeren, maar niets draagt echt bij aan een overkoepelend verhaal of de onderliggende character-arcs. Ik voel niet alsof de personages echt iets leren uit alles wat er is gebeurt, niet elk boek of verhaal hoeft dit te hebben, maar hier was er een frappante cyclus aan: iemand wordt verliefd op Catalina, ze doen domme dingen in teken van Catalina, Catalina is te blind om dit te zien en doet daardoor domme dingen, Noâm gaat in tegen Chardin als resultaat hiervan, Noâm wordt gestraft en gaat terug naar de meester, Catalina gaat door iets shockerend, Noâm red Catalina, en het hele circus begint opnieuw. Ik vond het uiteindelijk komisch hoe vaak Noâm terugging naar Chardin. In het begin voelde het nog aan als een trauma bond, en Noâm die teruggaat naar zijn misbruiker omdat dit alles is wat hij kent, maar uiteindelijk was dit zelfs niet meer symbolisch maar gewoon een meermaalse recycling van eenzelfde plot binnen een boek. Uiteindelijk werd alles te voorspelbaar en kon ik er niet echt meer van genieten.
Ik had hogere verwachtingen van dit boek en was helemaal bevangen door de eerste paar hoofdstukken, het schrijven was echt goed en Arents kan exact de juiste woorden en zinnen kiezen om iets te beschrijven, qua schrijven geef ik haar dan ook vier sterren. Maar door de personages en de razendsnelle opeenvolging van het verhaal viel alles een beetje vlak voor mij en geef ik dit boek dan ook maar twee-en-halve sterren in totaal.