Arjun wil het vertellen. Hij staat op Antwerpen Centraal en wacht op zijn vriendin Juma. Hoeveel obstakels er ook zijn, nu is het tijd om thuis te zeggen dat ze samen zijn. Maar dat is niet zo simpel als het klinkt. Juma´s moeder treurt om haar verloren liefdes – niet alleen verloor ze haar ongeboren kind, ook, mede daardoor, verloor ze haar man – en Arjun heeft het eveneens niet makkelijk thuis met een moeder die van man naar man fladdert en een vader die meer tijd heeft voor anderen dan voor zijn zoon. Maar wanneer Arjen er bij Juma op aandringt hun relatie bekend te maken, krijgt ze het benauwd en vlucht, de metro in.
De kunst van het bewegen
Arjen durft haar niet te achterna te gaan. Ruimtes zonder uitweg; dat is niets voor hem. In plaats van het donker van de ondergrondse in te duiken, scheert hij door de binnenstad van Antwerpen. Arjen is immers een getraind traceur, bedreven in de kunst van het bewegen, bezeten door parkour. Bij parkour gaat het om grenzen verleggen en hindernissen veroveren. Het is meer dan alleen een sport, het is gegroeid, zo valt in het nawoord van de roman te lezen, uit ontsnappingstechnieken gebruikt tijdens de Vietnamoorlog. En het is meer dan klimmen, klauteren en zwieren door de stad alleen; het is een filosofie, een manier van leven. De vraag is: krijgt Arjen zijn Juma zover dat ze samen met hem de grootste hindernis, die van de liefde, neemt?
Perspectieven
Niet zonder liefde van Marita de Sterck volgt Arjen bovengronds en Juma ondergronds. Het verhaal heeft de duur van Juma’s metroreis en Arjens parkour, hoogstens vijftien minuten dus, maar hun (liefdes)geschiedenis wordt via flashbacks en perspectiefwisselingen met de ouders, oma en vrienden van het stel verteld. In ieder hoofdstuk is een ander personage aan het woord; de enigen die telkens weer terugkeren zijn Arjen en Juma zelf. Deze bonte stoet aan mensen levert een heel palet aan zienswijzen op, van de in vrolijk Vlaams vloekende oma van Juma tot de inktzwarte vader van Arjen, van de Marokkaans-Vlaamse Mo tot de pianobakfiets spelende Pedrepiano.
Vertraagd parkour
Maar al deze perspectieven maken het lezen van het boek en het volgen van Juma en Arjen er niet makkelijker op. De snelheid van Arjen die door de stad stuift wordt telkens onderbroken, zo lijkt het, door wéér een nieuwe stem en waar de opzet van de roman juist de snelheid en souplesse van het parkour had moeten weergeven, wordt op die wijze Arjens achtervolging en daarmee het verhaal onnodig vertraagd. Wat Niet zonder liefde zeker de moeite waard maakt, is De Stercks spel met taal; het zweven, zwieren en zwaaien door de stad weerspiegelt zich in haar mooie, dansende zinnen. Soms gaat zij daarin wel erg ver en het typische Vlaamse taalgebruik kan de Nederlandse lezer afschrikken. Maar dan moet de lezer doorzetten, want Juma en Arjen hebben zeker een verhaal te vertellen. Ik geef Niet zonder liefde drie sterren.