Geplaatst op 1 Reactie

Conflict

De afgelopen weken hebben we jullie al voorzien van vele, leuke schrijftips. Vandaag is het tijd voor de strijd in het verhaal! Elk verhaal heeft een conflict (ook wel confrontatie of intrige genoemd) nodig. Men zegt wel eens zonder personages geen conflict, zonder conflict geen verhaal. Je kunt nog zulke boeiende, interessante personages bedacht hebben in een fantastische setting, maar als ze geen conflict hebben (met iets of iemand) dan is er geen sprake van een verhaal maar van een verslag.

Nu zijn er veel conflicten waar je personage(s) mee te maken kan (kunnen) krijgen. Je zou bij wijze van spreken ter plekke conflicten kunnen verzinnen. Leef je uit en verzin een uitdagend conflict.

Intrapersoonlijke conflicten
Dit zijn conflicten die uit het personage zelf komen.  Het personage kan een psychisch probleem hebben, last hebben van een demon of noem maar op.

Interpersoonlijke conflicten
Dit zijn conflicten die je personage heeft met andere personen. Dat kan variëren van huis tuin en keuken jaloezie die uitmondt in een ruzie, tot een concurrentiestrijd tussen sporters/collega’s/broers en/of zussen enz, tot ware gevechten tussen vijanden.

Conflicten met schurken
Hier gaan de meeste verhalen over. Het najagen van een moordenaar of een ander soort boef c.q. crimineel. In deze verhalen komt vaak recherche, politie en/of detective(s) aan te pas. Zij moeten ervoor zorgen dat het recht zegeviert en de misdadiger in de cel belandt.

Conflicten met gezagdragers
Omgedraaid kan het ook. De ‘gewone’ mens heeft een conflict met gezagdragers, zoals ouders, werkgevers, politie, overheid etc. Denk er maar eens goed over na. Het (onterechte) huisarrest dat je van je ouders gekregen hebt. Of het feit dat je vader jou of je moeder mishandelt. De promotie die je aan je neus voorbij hebt zien gaan, terwijl jij toch echt de beste papieren hebt, het hardst van iedereen werkt en de meeste targets haalt.

Conflicten met Moeder Natuur
Over dit conflict zijn prachtige verhalen te bedenken. Je wilt de wereld over varen maar komt in een storm terecht. Je bent met je vrienden aan het skiën en komt in een lawine terecht. Regen, wind, storm, droogte, lawines (sneeuw of modder), aardbevingen, tsunami’s, het zijn allemaal potentiële conflicten.

Conflicten met machines/mechaniek
Denk aan de film ‘De lift’ waar een bedrijf een microchip in de lift heeft gemonteerd en waar de (slimme) chip een eigen leven gaat lijden. Leef je uit en laat machines tot leven komen in je verhaal. Een robot, een computer, een lamp, een bus. Maak het zo gek je wilt en zaai paniek, dood en verderf of wat dan ook.

Conflicten met het bovennatuurlijke
Een geliefd onderwerp van vele jong volwassenen is het bovennatuurlijke. Wonderlijke krachten, spoken, aliens, het levert de mooiste boeken op. Ook hier geldt, leef je uit. Met daarbij een noot dat je natuurlijk ook weer niet moet overdrijven.

Als laatste nog een paar voorwaarden waar je conflict aan moet voldoen:

  1. Er moet sprake zijn van een belangwekkend probleem. Het hoeft niet perse een zaak van leven en dood te zijn maar het moet wel belangrijk zijn. Ook moet je het probleem niet kunnen uitstellen, anders is het niet interessant voor je verhaal en kan de lezer het probleem niet aanvoelen/begrijpen.
  2. Het probleem moet vanuit het personage komen. Het moet niet iets toevalligs zijn. Het moet uit het karakter van je personage komen.
  3. Je personages moeten aan elkaar gewaagd/gelijkwaardig zijn. Natuurlijk moeten ze van elkaar verschillen, maar de een mag niet zwakker zijn dan de ander anders word je verhaal ongeloofwaardig.
  4. Het conflict wordt gaandeweg het verhaal steeds een beetje groter. Meestal is er sprake van een reeks aan conflicten. Het begint met iets kleins en het wordt steeds groter. Ook moet er sprake zijn van meerdere conflicten. Je hebt natuurlijk een hoofdconflict, maar daarnaast komt je personage ook een paar kleinere conflicten tegen die ervoor zorgen dat het hoofdconflict niet zomaar opgelost wordt.

Met deze, en onze andere tips ben je ervan verzekerd de ingrediënten te hebben om van jouw verhaal een goed verhaal te maken. Schrijf, probeer tips uit, schrap, schrijf nog meer, schaaf en schrijf nog meer. Je zult zien dat je steeds beter wordt. Je verhaal steeds beter wordt. Zet ‘m op! Tot de volgende week. Tot nog meer tips!

Geplaatst op 3 Reacties

Schrijfoefening: Creëer een complexe slechterik

Als het op het schrijven van fictie aankomt, hebben we allemaal onze eigen uitdagingen. Voor sommigen is het een hele strijd om met goede namen voor personages te komen. Voor anderen is het dan weer moeilijk om een realistische dialoog te schrijven. Of misschien heb je wel problemen met het schrijven van een echt goede slechterik, en dan bedoel ik eigenlijk een echte slechte slechterik. Het grappige aan schrijven is, dat het enige wat we soms moeten doen, is ons met hen vereenzelvigen, en dan krijgen we plots een hoop oplossingen. Want slechteriken zijn ook in het echte leven te vinden.

Iedereen die een goed verhaal wil schrijven, heeft een personage nodig dat op een bepaald punt spanning schept en op gespannen voet staat met de krachten van het goede. Zelfs voor dichters en non-fictie schrijvers is de bekwaamheid om een complexe slechterik te creëren een verbetering voor het schrijven.

Slechteriken zijn overal

Een vriend die je vergeet terug te bellen wordt een in zichzelf gekeerde baas die haar werknemers verwaarloost en laat overwerken. Je zus laat de melk slingeren en plots wordt ze een bankhanger die haar familie en vrienden enkel voor haar eigen voordeel gebruikt. Kijk eens rond en merk andermans gebreken op. Bedenk dan wie of wat ze zouden zijn als die gebreken worden verfraaid en vergroot zodat hun goede kwaliteiten en positieve eigenschappen overschaduwd worden. Plotseling worden slechteriken voor je geboren, de een na de ander, als een kudde van kleine, kwade trollen.

Enkele oefeningen voor het creëren van slechteriken

Deze week focussen we op het creëren van slechteriken, en voor ik tot de echte oefeningen kom vraag ik je dit: let eens goed op de mensen om je heen. Niemand is perfect. Zelfs de mensen van wie je het meest houdt hebben tekortkomingen – die je soms gek kunnen maken – die je kan veranderen en overbrengen naar het standpunt van de slechterik. Neem hun gebreken, rare trekjes, en momenten van morele achteruitgang en overdrijf ze in een personage met vervelende eigenschappen.

1. Kies een model voor jouw slechterik – een gewoon persoon, een celebrity, een crimineel uit het nieuws en onderzoek de gebreken en zwakheden van die persoon. Hoe hebben ze anderen onrecht aangedaan? Doe hun positieve trekken weg, vergroot hun negatieve trekken, en schrijf een korte schets van het personage. Wat is zijn of haar naam? Hoe ziet hij of zij eruit? Wat gaat er in zijn of haar hoofd om dat hem of haar toestaat om anderen zo slecht te behandelen?

2. Geef je slechterik een luguber verleden – wat voor verschrikkelijke dingen heeft je slechterik gedaan in zijn of haar leven? Sommige slechteriken zijn gewoon herrieschoppers; anderen zijn gestoorde psychopaten. Hoe extreem is jouw slechterik?

3. Identificeer jezelf met hem of haar – wat is er misgegaan dat jouw slechterik zo duister heeft gemaakt? Of was hij of zij gewoon zo geboren?

4. Complexe slechteriken doen goede dingen – de meest interessante slechteriken zijn niet helemaal slecht. Ze hebben een zak voor puppies of schrijven zoetsappige liefdesgedichten. Tegengestelde persoonlijke eigenschappen voegen diepte en geloofwaardigheid aan je personages toe. Beschrijf de goede kanten van je slechterik (maar maak ze niet te lang!)

5. Zet je slechterik in een scène – maar doe er zeker een dialoog bij zodat je kan uitwerken hoe je personage communiceert. Probeer om je slechterik een onderscheidende stem te geven. Is hij of zij vermomd als een van de goede? Of brengt de slechterik elke minuut van de dag door met het begaan van slechte daden?

Maar het allerbelangrijkste, zie er de lol van in! Slechteriken zijn de personages van wie we houden om ze te haten omdat ze de vervelende obstakels zijn en onze helden uitdagen om zichzelf te bewijzen. Of je nu complete bad guys schrijft zoals Lord Voldemort of meer subtiele, complexe bandieten zoals Catwoman; geef je slechteriken kleur, karakter en problemen.

En een belangrijke waarschuwing; laat ze niet te diep toe in je hoofd!

Geplaatst op 3 Reacties

Een nieuwe manier van schrijven: De drie kamers van Walt Disney

Walt Disney is een naam in de entertainmentsector die geen introductie nodig heeft. Als creatieve vernieuwer in de cartoon industrie steekt hij met kop en schouders uit boven voorgangers én degene die na hem kwamen. Tijdens het werken aan de allereerste animatiefilms waarmee hij naam maakte – zoals Sneeuwwitje, Pinokkio, Bambi en Fantasia -, maakte hij gebruik van een revolutionaire aanpak om zijn ploeg gecoördineerd en productief te houden in het aanpakken van elk van hun filmprojecten. Een aanpak die daarna talloze malen is overgenomen en voor verschillende doeleinden gebruikt worden; van filosofie tot businessprojecten. En nu gaan wij zijn aanpak overnemen om ons te helpen bij het schrijfproces!

Hij bewoog zijn ideeën door drie kamers heen, waarvan elke kamer een verschillende functie had, en zo kwam hij uiteindelijk tot zijn geslaagd eindproduct.

Maar voordat we onze fantasierijke hersenspinsels de kamers laten passeren, hebben we een andere opdracht. Allereerst moeten we een onderscheid maken tussen de drie strategieën die we allemaal in ons dragen om ideeën tot een goed einde te brengen.  Alle drie de strategieën zijn even belangrijk en moeten doorlopen worden! Om hierin te slagen, moet je op de volgende vragen een antwoord vinden.

De Dromer

Een dromer brengt talloze fantasieën, wensen, buitensporige ingevingen en absurde ideeën voort zonder grenzen of oordeel. Niets wordt gecensureerd. Niets is te absurd of dwaas. Alle dingen zijn mogelijk voor een dromer. Om de dromer te zijn, vraag je jezelf: Als ik met een toverstok kon zwaaien en ik alles mocht doen wat ik wilde – wat zou ik dan creëren? Hoe zou het eruit zien? Wat zou ik ermee kunnen doen? Wat voor gevoel geeft het mij? Wat is het meest absurde idee dat ik kan voortbrengen?

De Realist

De realist verandert de ideeën van de dromer in iets dat realistisch en haalbaar kan zijn. Hij probeert om erachter te komen hoe hij de ideeën moet laten werken en ze dan te sorteren op een betekenisvolle volgorde. Om de realist te zijn, vraag je jezelf: Hoe kan ik dit laten gebeuren? Wat zijn de kenmerken en aspecten van het idee? Wat is de kern ervan? Kan ik het principe uit mijn idee halen? Wat zijn de stappen? Wat zijn de grenzen?

De criticus

De criticus beoordeelt alle ideeën en probeert er gaten in te slaan door advocaat van de duivel te spelen. Om de criticus te zijn, vraag je jezelf: Hoe voel ik me er echt over? Is dit het beste dat ik kan doen? Wat kan ik eraan verbeteren? Slaat dit eigenlijk wel ergens op? Is het werk aan dit idee mijn tijd waard? Hoe ziet het eruit voor iemand anders? Voor een expert?

Ze zijn alle drie onlosmakelijk met elkaar verbonden. Een dromer is zonder een realist vaak niet in staat om fantasieën te vertalen naar tastbare realiteit. De dromer en de criticus raken permanent in conflict. Een dromer en een realist kunnen prachtige dingen creëren, maar een criticus helpt bij het evalueren en verfijnen van de eindproducten.

Nu is het eindelijk tijd voor de ware aanpak van Walt Disney, de aanpak die jou helpt om je idee naar een verhaal te vertalen en een verhaal naar een volledig manuscript te vertalen.

Kamer 1

De plaats waar dromen gedroomd worden, ideeën worden uitgespind, een plek zonder voorwaarden en grenzen – gewoon elke soort van schandalige creatieve ingeving of idee wordt vrij ontwikkeld.

Kamer 2

Hier worden de ideeën van kamer 1 gecoördineerd en een “story board” wordt gemaakt om gebeurtenissen en personages in te passen in het verhaal.

Kamer 3

De “sweat box” – het hele project wordt kritisch beoordeeld waarin je jezelf helemaal niet mag inhouden.

Op deze manier kun je elk idee voor je verhaal vertalen naar een concreet element dat deel uitmaakt van jouw manuscript. Natuurlijk gaat het hier om ideeën, die je allemaal een voor een door deze kamer moet laten passeren om uiteindelijk tot het ideale eindproduct te laten komen.

En het eindproduct zal er eentje zijn dat onvergetelijk wordt! Kijk maar wat Walt Disney geflikt heeft; elk van zijn films werd een schitterend succes dankzij zijn creativiteit, maar ook dankzij zijn heldere manier van denken en de strengheid waarmee hij zijn ideeën aanpakte.

Laten we allemaal ons best doen om de Walt Disneys te worden in de wereld van het schrijven. Want zoals hij zelf ooit zei: “All our dreams can come true, if we have the courage to pursue them.”

Geplaatst op 10 Reacties

Hoe versla je een writer’s block? 3 tips

Versla je writer’s block door deze drie tips te gebruiken. Het zijn tips die je helpen om je twijfel weg te nemen en je creatieve geest en zelfvertrouwen te laten groeien.

Je hebt vast weleens naar een wit scherm zitten staren, misschien voor een halfuur, misschien zelfs langer… Heb je je openingszin geschreven en tig keer herschreven? Voel je een licht angstig gevoel in je buik – of een kleine, groeiende angst dat je misschien nooit iets bruikbaars zal schrijven?

Verder lezen Hoe versla je een writer’s block? 3 tips
Geplaatst op 4 Reacties

De lijst!

Er zijn van die dagen dat inspiratie ver te zoeken is. Je hebt al een aantal hoofdstukken geschreven, maar je hebt last van een (zogenaamde) writersblock. Wat dan? Je surft gewoon naar www.young-adults.nl en gaat aan de slag met een van onze schrijfoefeningen die, zeker weten, garant staat voor inspiratie.

Deze week is het tijd voor een van mijn favoriete oefeningen. De lijst! De lijst is een opsomming van zelfstandige naamwoorden. Maak de lijst zo lang je wilt. Mensen, dieren, dingen, gevoelens, tijd en ruimte, plaatsen, eigenschappen, gebeurtenissen, denkbeeldige zaken of personen, alles mag op de lijst. En breidt de lijst, bij tijd en wijle, uit. Hoe langer de lijst, hoe meer inspiratie.

Volgende stap

Lees het laatste hoofdstuk van je verhaal door zodat je goed weet waar je gebleven bent en lees dan de lijst met je zelfstandige naamwoorden door. Kies daar één of twee woorden (bijvoorbeeld een emotie waar je personage last van kan hebben of een bepaalde plaats waar je personage van plan is naar toe te gaan) uit die zouden kunnen passen bij het onderwerp van je verhaal en schrijf daar een korte scène over.

De kast
Het eiland
Het paard
De heer
De grootvader
Het geluk
Het zwaard
De rots
Het graf
Het bos
Luilekkerland
De bloem
De elf
Het lichaam
De buurman
Het restaurant
De aarde
De schim
Het lot
Het duitser
De nacht
De liefde
De traan
De schuld
De oorzaak
De dag
Het ongeluk
De oorzaak
Verweggistan
De kabouter
De wind
De dood

Ik heb gekozen voor ‘de traan’ en ga daar een scène over schrijven. Probeer ook de schrijftips van de afgelopen weken tijdens deze oefening in gedachten te houden. We hebben het eerder gehad over show don’t tell en specifiek zijn. Op die manier behaal je het beste resultaat en heb je de meeste kans dat de oefening ook echt bruikbaar is voor je verhaal.

Hieronder vind je mijn resultaat:

Al die weken had ik mijn gevoelens diep weggestopt. De woede jegens Jasmijn. Waarom moest Jasmijn steeds weer over me heen walsen? De onmacht. Waarom heb ik zo’n moeite met het opkomen voor mezelf? Maar ook het verdriet. Wat doet het pijn dat Timber niet de Timber is die ik voor ogen had. En nu tuimelen alle emoties als rotsblokken door mijn lijf. Ze willen niet meer opgesloten zitten.

Ze willen eruit. Verlost worden. Als ik de tranen over mijn wangen voel kriebelen gooi ik me op het bed. Ik bijt op het kussen en smoor zo mijn schreeuw. Mijn vuisten bonken op de matras. Steeds harder en harder. Tot ik geen sprankje kracht meer in me heb. Dan rol ik mezelf op als een egel. Ik wieg heen en weer. Tot mijn ademhaling weer rustig is. Een besluit heb ik genomen. De oude Dido bestaat niet meer. Vanaf vandaag ga ik opkomen voor mezelf. Eindelijk!

Ik hoop dat deze oefening ook bij jullie voor veel inspiratie zal gaan zorgen. En natuurlijk kan dit lijstje leiden tot inspiratie voor andere lijstjes. Bijvoorbeeld een lijstje met gevoelens.

Zet hem op en tot volgende week.

Geplaatst op 5 Reacties

Show, don’t tell

De afgelopen weken hebben we al het een en ander over het schrijfproces besproken: Tips, richtlijnen, inspiratie, je personage tot leven laten komen, elementen voor een goed verhaal en het vertelperspectief.

Deze week wil ik ingaan op twee belangrijke thema’s:

  • Expliciet zijn
  • Show, don’t tell!

Wees expliciet

Wat bedoel ik met expliciet zijn …? Schrijf niet dat je personage drinkt. Nee, je personage drinkt koffie. Of nog beter, je personage drinkt een Latte Macchiato uit een groot glas met daarbovenop een laagje cacao. Op haar bovenlip heeft ze een melksnor.

Dus ook niet:

Je personage (in mijn geval Dido) heeft voor haar achttiende verjaardag een auto gekregen. Nee! Dido heeft voor haar achttiende verjaardag van haar ouders een felblauwe Renault Twingo gekregen. Met een schuifdak. En lichtmetalen velgen. Haar droomauto. Ze springt een gat in de lucht en belt meteen haar beste vriendinnen om het goede nieuws te vertellen.

Show, don’t tell!
De term zegt al wat de bedoeling is. Zeg niet wat er gebeurt maar laat het zien. Je verhaal zal beduidend aan geloofwaardigheid winnen en de lezer zal je verhaal in gezogen worden.

Laten we beginnen met een simpel voorbeeld.

Tell: Dido is verschrikkelijk boos.

Show: Dido’s wangen worden vuurrood en haar ogen spuwen vuur. Ze stampt de kamer uit en gooit de deur met een gigantische knal achter zich dicht. Zo!

Tell: Dido baalt dat het haar weer niet gelukt is om niet te snoepen. Op deze manier zal ze nooit afvallen.

Show: Dido kijkt naar de Bonbonblocverpakking. In een paar minuten tijd heeft ze bijna 1200 calorieën naar binnen gewerkt, leest ze. Met de verpakking nog in haar handen loopt ze naar de spiegel en bekijkt zichzelf uitgebreid. Haar billen zijn te dik. Door de katoenen broek heen ziet ze de putjes op haar dijen. Haar buik vertoont een bolling. Met een ruw gebaar maakt ze een prop van de verpakking en gooit deze in een hoek. Dan draait ze zich met gebogen hoofd om en sloft naar de wc. Ze kan maar aan een ding denken. Die calorieën moet weg. Dan steekt ze haar vinger in haar keel.

De lezer zal het voor waar aannemen als jij zegt dat Dido baalt omdat het haar weer niet gelukt was om niet te snoepen. Alleen zal hij of zij daar weinig emotie bij voelen. Maar als Dido haar vinger in haar keel gaat steken om de 1200 calorieën die ze net naar binnen gewerkt heeft weer te lozen, dan zal de lezer veel meer met haar begaan zijn.

De clou van Show, don’t tell is dus om de emotie van je personage niet te benoemen!

Een voorbeeld waar het expliciet beschrijven en het show, don’t tell in een scène samenkomt:
Je personage speelt een spelletje en wordt boos. Je weet nu dus dat je expliciet moet zijn en niet moet schrijven dat je personage een spelletje speelt. Nee, Dido (mijn personage) is Wordfeud aan het spelen. En nu wordt ze dus boos omdat ze alleen maar medeklinkers heeft. Dit laatste gaan we laten zien, niet vertellen.

Dido hangt op de bank met haar Blackberry in haar handen. Als ze de letters op haar scherm ziet verschijnen begint ze te vloeken. Alleen maar medeklinkers. Ze speurt het scherm af op zoek naar een mogelijkheid om toch een woord te vormen. Maar niets. Alweer niet. Ze moet nu voor de derde keer passen. Grommend drukt ze op de Resign knop. Dan staat ze op en smijt haar smartphone op de bank. Weg met het stomme spel! Ze gaat nooit meer Wordfeud spelen.

We hopen dat we jullie met deze tips weer wat handvaten gegeven hebben om jullie verhaal nog beter te maken. Succes!

Geplaatst op 3 Reacties

Elementen voor een goed verhaal: makkelijke tips om te beginnen

Iedere schrijver wil schrijven op zo’n manier dat lezers het verhaal in gezogen worden. En dat lezers even kunnen ontsnappen aan de werkelijkheid en dat ze niet meer kunnen stoppen met lezen. Om jullie schrijvers op weg te helpen, geven we je enkele suggesties waarmee je een succesvol verhaal kunt schrijven.

Het begin van een verhaal

De eerste bladzijde van een verhaal is ontzettend belangrijk en zorgt ervoor dat je lezers, ofwel willen doorlezen tot het eind, of het na een paar hoofdstukken al voor gezien houden en je boek wegleggen in een hoekje. Wanneer je dus je lezers in je verhaal wilt vangen, zijn de eerste paar regels heel erg belangrijk, want in die eerste paar regels moet jij je verhaal verkopen. Jij moet ervoor zorgen dat de aandacht van de lezer al vanaf de eerste pagina wordt gegrepen. Dit kun je doen door het begin van het verhaal een soort gevoel of emotie mee te geven dat belangrijk is voor de rest van verhaal. Bedenk dat het begin van je verhaal een trailer van een film is of een kort interview. De eerste paar zinnen, geven een eerste indruk. Ook al is de rest van je verhaal nog zo goed, als die eerste paar zinnen niet blijven hangen, dan heb je grote kans dat de rest van je verhaal niet gelezen wordt.

Tip: begin je verhaal met iets spannends, of een gebeurtenis dat vragen oproept, of een heftige emotie waar de lezer nog niet precies de oorzaak van weet.

Blijf een klein beetje mysterieus

Iedereen heeft een nieuwsgierige kant, en hier gebruik van maken is een goede manier om je lezers je verhaal in te trekken. Het schrijven van een beetje mysterie in je verhaal – wat het genre ook moge zijn – is wat je nodig hebt om de aandacht van de lezer te vangen. Een goed verhaal laat de lezer zich afvragen wat er verder gebeurt. Het maakt het moeilijk voor de lezer om het verhaal weg te leggen. Een voorbeeld hiervan is de eerste regel in Hemingway’s A Moveable Feast. Die begint met “Then there was the bad weather”. Deze eerste zin doet de lezer meteen al afvragen wat er voor het slechte weer kwam  is gebeurd. De lezer wil verder lezen om hierop een antwoord te krijgen.

Ga onmiddellijk over tot actie

Zorg dat het begin van je verhaal een spanningselement heeft, ga over tot een soort van actie. Een lezer verliest anders veel te snel zijn aandacht. Zeker als er niets interessants gebeurt aan het begin van een verhaal. Een verhaal dat meteen ergens midden in de verhaallijn begint, zorgt ervoor dat de lezer zijn aandacht bij het verhaal vasthoudt. Lezers willen niet wachten tot het laatste moment om de sappige details te horen. Dat is in de echte wereld ook niet zo, en ook niet in verhalen. Het moet spannend zijn, er moet iets verteld worden. Daarbij, als je meteen ergens in het midden van een verhaal begint, brengt dat ook wat extra spanning mee. De lezer wil weten wat er aan vooraf is gegaan. Hij heeft vragen waar hij antwoorden op wil, hij is nieuwsgierig en hierdoor blijft de lezer geboeid.

Herkenning

Het beschrijven van personages, scenario’s, en plaatsen is een goede manier om ervoor te zorgen dat lezers geboeid blijven. Als je over zoiets schrijft, kunnen lezers een duidelijk beeld in hun gedachten scheppen van een bepaalde omgeving, of ze kunnen zich verplaatsen in de karakters. Beschrijf bijvoorbeeld die leuke winkelstraat in Parijs. Wellicht zijn enkele van je lezers hier weleens geweest en kunnen ze een goed beeld scheppen van de winkelstraat. Als lezers iets van herkenning vinden in je verhaal of zich kunnen identificeren met de personages is het voor lezers veel interessanter om het verhaal te lezen.

Het maakt niet uit in welk genre je schrijft, zelfs in fantasy-verhaallijnen kunnen universele momenten in voorkomen, waardoor je betekenisvolle dialogen krijgt. Door dicht bij de realiteit te blijven, of het nu gaat om dialogen tussen twee personages of om echt bestaande plaatsen, schep je een band tussen de lezer en het verhaal. Als je deze elementen in je achterhoofd houdt, kun je een verhaal schrijven dat lezers zal intrigeren.

Veel success met schrijven!

Geplaatst op 10 Reacties

Schrijfoefening: Titelschrijven

Het is alweer het einde van de maand. Een mooi moment om een schrijfoefening met jullie te delen. Wat doe je als je wilt schrijven, maar je hebt geen idee waar je over wilt schrijven? Of je hebt geen inspiratie?

Aan de slag

Zelf ga ik dan aan de slag met oefeningen die ik door je jaren heen heb gedaan tijdens een van mijn vele schrijfcursussen. Vaak prikkelt een van die oefeningen mij en komt de inspiratie vanzelf. De ene keer rolt er een mooie scène uit, en die scène inspireert weer tot verder schrijven. Soms schrijf ik een paar mooie zinnen

waar ik op het moment zelf niets aan heb, maar waarvan ik weet dat het ooit wel nog van pas kan komen. En soms komt er geen inspiratie maar dan troost ik me met de gedachte dat ik toch even lekker heb geschreven.

De volgende oefening doe ik regelmatig. Het is een oefening die Henny Fortuin, schrijfster van negen boeken en schrijfcoach, gebruikt tijdens de schrijfmarathon (erg leuk, ik heb nu drie keer meegedaan en de volgende keer ben ik weer van de partij www.schrijfavontuur.nl).

Benodigdheden

  • Eierwekker/stopwatch o.i.d.
  • Papier
  • Pen

Zet de eierwekker/stopwatch op drie minuten. Schrijf in die drie minuten zoveel mogelijk, maar minimaal 20, titels op. Als je een titel bedenkt, ga die dan niet meteen scannen op perfectie. Gewoon opschrijven!

Waarschijnlijk vraag je je af waarom je 20 titels op moet schrijven en niet 3, 4 of 5. Dit doe je omdat je eerste gedachten vaak vanzelfsprekend zijn. Hoe meer titels je opschrijft, hoe meer je op dreef komt en des te verrassender zullen je titels worden. Bedenkt titels over boeken die je gelezen hebt, over een interessant nieuwsbericht, over een situatie op school of op het werk. Alles mag.

Na die drie minuten kies je een titel die je aanspreekt en waar je wel een verhaal over zou willen schrijven. Als je de titel gekozen hebt, bedenk dan wat voor een verhaal het zou kunnen worden. Een spannend verhaal? Een romantisch verhaal? Wie is je hoofdpersoon? Hoe oud is hij of zij? Wat gaat er gebeuren? En begin dan te schrijven.

Eigen voorbeeld

Hieronder vind je als inspiratie mijn uitwerking

  1. Duivelse praktijken
  2. Chaos
  3. Liefdesverdriet
  4. Waanzin
  5. Het huisje in de duinen
  6. De klok sloeg twaalf
  7. Onrustige tijden
  8. Een heks op hakken
  9. De tent
    10.  Festival
    11.  Verlaten
    12.  De geheimzinnige koffer
    13.  Nooit meer goed
    14.  Hotel Amsterdam
    15.  Blue Curaçao
    16.  Dag versus nacht
    17.  Mijn naam is Sam
    18.  Hels verdriet
    19.  Nooit meer gewoon
    20.  Een nieuw begin
    21.  Diner voor twee
    22.  Het spel
    23.  De buurvrouw
    24.  Middernachtzoen
    25.  Donkere luchten
    26.  Enkele reis
    27.  Eindstation
    28.  Negers in de nacht
    29.  Heimwee
    30.  Honger naar meer

Voorbeeld van eigen hand

Ik kies de titel de verlaten hut. Ik denk aan een spannend verhaal. Met twee hoofdpersonen. Gregor en Mustafa, allebei zeventien jaar oud. Ze zijn op vakantie aan zee. Als ze in de duinen rondstruinen, vinden ze een verlaten huisje. De deur staat open …

Gregor staat net gebukt en strikt zijn veters als Mustafa het ineens op een lopen zet.
‘Hé Mus, niet weer …’


Even twijfelt Gregor of hij gewoon zal blijven staan. Hij heeft nu even geen zin in die spelletjes van zijn vriend. Mus is af en toe net een klein kind. Zodra hij even een kans ziet om zich te verstoppen doet hij dat. Toch trekt hij een sprintje, de duinen in, op zoek naar zijn vriend. Onder het rennen kijkt Gregor om zich heen, maar hij ziet zijn vriend nergens. Dan ziet hij een grote duin. Hij weet zeker dat Mustafa zich daar verscholen heeft. Gregor gaat langzamer lopen om zo weinig mogelijk geluid te maken. Hij zal zijn vriend een koekje van eigen deeg geven.

Het laatste stukje sluipt hij dichterbij en dan springt hij achter de duin. ‘Ik heb je …’
Gregor blijft staan en kijkt om zich heen. Waar is Mus nou? Het enige wat hij hoort is het ruisen van de wind en het klotsen van de golven op het strand. Dan ziet hij in de verte iets. Een hut? Een huisje? Misschien heeft Mus zich daar wel verstopt. Op zijn hoede loopt hij naar het huisje onderwijl om zich heen kijkend of Mustafa niet ineens tevoorschijn komt. Maar zijn vriend is nergens te bekennen.


Voor het huisje blijft Gregor even stilstaan. De deur is groen. De rest van het huis is beige, exact dezelfde kleur als het zand. Op de ramen zit een soort van waas. Alsof de ramen al jaren dringend aan een wasbeurt toe zijn. In de hoeken van de ramen zitten spinnenwebben. Het huis heeft maar een verdieping. Een rilling trekt over Gregors ruggengraat naar beneden als het ineens hard begint te waaien. Hij kijkt naar de lucht en ziet dat deze onheilspellend grijs is geworden. Het duurt niet meer lang of het gaat regenen. Toch twijfelt hij. Een voorgevoel heeft zich in zijn binnenste verspreid, voorzichtig. Nauwelijks waarneembaar. Maar het is er. Aarzelend doet hij een stap naar voren en duwt tegen de deur die met een luid piepgeluid open gaat.

Geplaatst op 3 Reacties

Richtlijnen voor het schrijven van een young adult

Wil jij graag een young adult verhaal schrijven, maar weet je niet welk thema precies geschikt is? Kun je scheldwoorden gebruiken? Wat is je doelgroep? En in welk genre wil je schrijven? Hieronder vind je enkele tips om voor deze doelgroep te schrijven.

Harry Potter, wie heeft er niet van gehoord? Het was oorspronkelijk een kinderboek, maar de latere delen kun je absoluut als young adult bestempelen. Harry Potter staat ook voor avontuur, romantiek en mysterie in een magische setting. Maar er zijn ook boeken die helemaal niets van de magische aspecten in het verhaal hebben verwerkt. Het is maar net voor welke doelgroep je wilt schrijven, wie zijn je lezers? Waar houden ze van? Ik zal je wat algemene tips geven, zodat je alvast goed van start kunt gaan met het schrijfproces.

De leeftijd van young adults

Over het algemeen zijn young adults, jongeren tussen de 12-18 jaar. Maar er zijn ook uitgevers die de doelgroep breder zien. Sommige vinden dat de doelgroep ligt tussen de 14 en 21 jaar, andere zeggen liever dat young adults lezer 15 tot en met 25 jaar zijn. Het is maar net waar je je bij aansluit. Persoonlijk zie ik young adults als jong volwassenen en kies ik bewust voor het laatste. Ik vind dat de grens ligt tussen de 15 en 25 jaar. Doordat veel lezers in deze categorie al op vroege leeftijd volwassen literatuur lezen, worden ze met young adults weer in verhalen getrokken die direct aansluiten bij hun eigen belevingswereld. Boeken die hen laten nadenken over hun plek in de wereld, om zichzelf te ontdekken.

Young adult genres en onderwerpen

Young adult lezers verslinden elk genre: avontuur, romantiek, humoristisch, mysterie, historisch, hedendaags, fantasy, sci-fi en noem maar op. Verschillende onderwerpen laten jongeren onbekende aspecten van hun leven en andere culturen onderzoeken. Geschiedenis komt tot leven en lezers ervaren dingen die ze normaal niet zouden ervaren. De onderliggende thema’s, in welk genre er ook wordt geschreven, laten jongeren de diepere problemen in het leven onderzoeken, maar op een veilige manier: wat is hun rol in het leven, het verschil dat een persoon kan maken, hoe belangrijk het is om vriendschap te hebben, het omgaan met verdriet enzovoort.

Taboedoorbrekende YA’s

De laatste tijd verschijnen er nogal taboedoorbrekende young adults. Dat is ook helemaal niet erg, want er zijn tegenwoordig geen ‘verboden’ onderwerpen meer. Veelal worden dit soort verhalen wel geschreven met een zekere gevoeligheid. Deze boeken zijn wel gericht op wat oudere jongeren. Om het wat heftiger te maken is bijvoorbeeld niet een vriend of kennis van het hoofdpersonage dat wordt misbruikt, maar het hoofdpersonage zelf. Het hoofdpersonage worstelt met gevoelens van zelfmoord, doet aan zelfmutilatie, verhongerd zichzelf, etc. Het vertelperspectief ligt ook dicht bij de hoofdpersoon, bijvoorbeeld de ik-vorm, zodat alles nog echter overkomt en je als lezer echt wordt gegrepen door hetgeen het hoofdpersonage meemaakt. Over het algemeen kunnen jongeren zich identificeren met de gevoelens en/of situatie van het personage.

Personages

De exacte leeftijd van een young adult personage is niet zo belangrijk. Het gaat er meer om dat de beweegredenen passen bij de belevingswereld van jongeren. Daarnaast is het belangrijk dat je personages echt zijn. Hun taal, relaties, zorgen, hobbies etc., moeten passen bij het personage dat je hebt gecreëerd. Wat ook belangrijk is, is dat jouw verhaal over een personage en zijn of haar ervaring en groei gaat. Het moet niet gaan over het thema dat je hebt gekozen. Als je personages tot leven komen, en je schrijft een goed verhaal, dan komt het thema vanzelf naar voren.

Lengte en stijl van het verhaal

Young adult verhalen hebben normaal gesproken tussen de 40.000 en 75.000 worden, maar je vindt natuurlijk ook boeken die daar juist onder of boven zitten. Schrijf het verhaal in de lengte die je nodig hebt om het verhaal te vertellen, en bekijk de richtlijnen van uitgevers.

Er zijn geen vocabulaire richtlijnen om voor deze doelgroep te schrijven. Als het bij het personage past om schuine opmerkingen te maken, en het past bij het onderwerp, dan doe je dat. Mocht het zo zijn dat je te ver gaat, dan zal een uitgever je hierover feedback geven. Uitgevers zijn er in alle soorten en maten en ze hebben ook een eigen voorkeur. De ene uitgever houdt ervan, de andere heeft het liever niet.

Young adult verhalen zijn meestal geschreven in het ik-perspectief of vanuit een hij/zij oogpunt. Er zijn zelfs succesvolle boeken geschreven in de tweede persoon (jij zei). Maar het ligt natuurlijk aan jezelf wat je het prettigst schrijven vindt, wat jouw stijl is en wat de stem van het personage is.

Laatste advies

Lees een groot aantal en veel verschillende young adult boeken, en analyseer deze. Ten tweede, schrijf gewoon waarover jij wilt schrijven. Ten derde, bekijk de richtlijnen van uitgevers en stuur je manuscript naar uitgeverijen die boeken in hetzelfde genre of hetzelfde thema uitgeven.

Geplaatst op 3 Reacties

Tips voor schrijvers van young adults!

Ik hou van boeken dus ik lees boeken! Ik hou van schrijven dus ik schrijf boeken … !?
Je houdt van lezen. Dus je leest boeken! Logisch. Je houdt van schrijven. Dus je schrijft boeken! Toch? Waarom is het eerste bijna vanzelfsprekend en het tweede niet?

Er zijn veel mensen die een boek willen schrijven maar tig redenen bedenken om het toch maar niet te doen. De meest voorkomende redenen om niet te schrijven heb ik hieronder geplaatst. Met daarbij meteen een bekrachtiging om wel te beginnen met het schrijven van je boek.

Er zijn al teveel schrijvers.
So what … Daar laat je je toch niet door ontmoedigen. Elk jaar verwelkomen uitgeverijen één of meerdere debutanten. Waarom zou jij niet die debutant kunnen zijn?

Je hebt een goed idee, maar je denkt dat je niet kunt schrijven of je bent na een paar hoofdstukken vastgelopen.
De schrijftips van young-adults.nl helpen je met het schrijven van een boek. Van A) hoe begin je met het schrijven van een boek tot Z) hoe schrijf ik een zinderend einde en alles daar tussenin. De tips zorgen voor (nieuwe) inspiratie, zijn een duw in de rug. Tot slot zijn ze praktisch en goed hanteerbaar.
Natuurlijk zul je hard moeten werken, een flinke portie doorzettingsvermogen hebben en vertrouwen. Een van mijn favoriete spreuken is: There is no elevator to success. You have to take the stairs …
Nou dat gaan we doen. Laten we bij de eerste trede beginnen.

Het bedenken van een plot
Natuurlijk heb je om te schrijven een pen en papier of een computer nodig. Maar dat is niet het allerbelangrijkste. Allereerst moet je bepalen in welk genre je wilt gaan schrijven. Een roman? Een thriller? Een chicklit? Of misschien wil je wel een science fiction verhaal gaan schrijven? Heel belangrijk om te weten, want je personages uit een thriller zullen heel anders zijn dan je personages uit je science fiction verhaal. Om maar niet over het plot/onderwerp van je verhaal te spreken.

Daarnaast is je creativiteit/fantasie van groot belang. Je hebt een idee. Maar dat idee moet groeien. Bloeien. Laat je gedachten met je op de loop gaan. Laat ze groeien en bloeien. Je mag voor God spelen en scheppen. Schrijf leuke, spannende aparte vondsten op papier. Neem daar de tijd voor, want ook al denk je meer dan dat je schrijft, dit hoort ook bij het schrijfproces. En laat dan de tekstjes die je geschreven hebt even liggen. Bekijk ze later en speel met die tekst. En wees niet bang om vandaag te veranderen wat je gisteren geschreven hebt. Je tekst wordt er vaak beter door. Een gouden tip in schrijversland is dan ook: Schrijven is schrappen.En: Kill your darlings. Later komen we daarop terug.

Nog zo’n belangrijk gegeven is het onderwerp van je boek. Het is van cruciaal belang dat het past bij je lezerspubliek. Jij bent van plan om een young adult te gaan schrijven. Het onderwerp moet jong volwassenen dus interesseren. Handig is het dus om een lijstje te maken van zaken die hen bezighouden. Ik noem er een paar. Het lijstje kun je zelf naar hartenlust aanvullen.

  • Onbeantwoorde (eerste) verliefdheid
  • Jaloezie tussen vrienden
  • Verwikkelingen op school
  • Enz.

Een onderwerp zou dus kunnen zijn onbeantwoorde (eerste) verliefdheid. Dat is stap één. Stap twee is het verder ontwikkelen van je plot. Op wie word je hoofdpersonage verliefd? Geeft hij of zij er aan toe? Zo ja, wat doet hij of zij ermee? Een voorbeeld: Anna is verliefd op Bob. Het is natuurlijk niet leuk als Bob ook meteen verliefd is op Anna. Want dan wordt het een saai verhaal. Anna is dus verliefd op Bob, maar Bob is verliefd op Cathelijne, het populairste meisje van school. Anna zal dus heel wat obstakels moeten overwinnen om de aandacht van Bob te vangen.

Bedenk voor je één letter op papier zet welke moeilijkheden Anna zal tegenkomen en schrijf deze op memoblaadjes, een document in je computer, een white board boven je computer. Begin met kleine moeilijkheden. Bob laat zijn fietssleutel vallen. Anna trekt een sprintje om de sleutels op te rapen, maar in haar haast valt ze vlak voor de voeten van Bob.

Natuurlijk lacht hij haar uit en Anna schaamt zich verschrikkelijk. De eerste paar dagen ontwijkt ze Bob. Maar ze vindt hem zo leuk dat ze zich toch niet laat ontmoedigen. Als Bob op een dag zijn pen vergeten is, biedt ze haar pen aan hem aan. Bob neemt hem glimlachend van haar aan. Een kleine overwinning voor Anna. Op deze manier krijgt de lezer sympathie voor Anna. De obstakels die ze moet overwinnen moeten natuurlijk steeds moeilijker en zwaarder worden, zodat je aan het einde van het verhaal echt van een overwinning kunt spreken. Die smaakt natuurlijk het zoetst als je er hard voor hebt moeten werken. Net zoals jij zult doen bij het schrijven van jouw young adult.  Het zal soms tegenzitten. Je zult soms geen inspiratie hebben. Je zult soms een waardeloos stuk schrijven. Maar met vallen en opstaan zul je tot een mooi resultaat komen.

Samenvattend
Wat is het genre waarin je wilt schrijven?
Bedenk een onderwerp dat je lezerspubliek interesseert.
Bedenk diverse spannende/leuke/genante gebeurtenissen om het plot (conflict(en) van je hoofdpersonage) heen.
Welke obstakels moet hij of zij overwinnen?
Wat komt hij of zij allemaal op zijn of haar pad tegen?
Wie komen er nog meer in het verhaal voor?

Elke week zullen we je tips geven over de uiteenlopende aspecten die je tijdens het schrijfproces tegen zult komen. Van de verteltheorie en het scheppen van personages tot het voorkomen van een writer’s block en het schrijven in een bepaald genre.

Tot volgende week en succes met schrijven!